20 augustus 2015
Leestijd: 3 minuten

Facturen kunnen besluiten zijn in de zin van art. 1:3 Awb

Facturen van een bestuursorgaan kunnen worden aangemerkt als besluiten in de zin van artikel 1:3 Awb, blijkens een uitspraak van de Hoge Raad van 10 juli 2015. Dit betekent dat tegen een dergelijke factuur bezwaar en beroep kan worden ingesteld op grond van de Awb. Hierdoor is het mogelijk om een verplichting tot betaling van de factuur te voorkomen.

Voorwaarde is wel dat de factuur voldoende is geconcretiseerd: uit de factuur zelf moet blijken wat de rechtsgrond is voor de hoogte van het op de factuur vermelde bedrag. Is dit het geval, dan is het niet vereist dat aan de factuur een separate vaststellingsbeschikking ten grondslag ligt.

In deze zaak van de Hoge Raad van 10 juli 2015 ging het om onbetaalde facturen van het CAK, het Nederlandse bestuursorgaan ter uitvoering van financiële regelingen in de zorg. Gedurende 3,5 jaar schreef het CAK op basis van de Awbz/Wmo een aantal facturen aan een cliënt uit, ter inning van een eigen bijdrage voor thuiszorg. De cliënt betaalde de eigen bijdragen echter niet en stelde daartoe dat hij de jaarlijkse beschikkingen ter vaststelling van de eigen bijdrage alsmede de daarop gebaseerde facturen nooit had ontvangen. Tijdens de procedure blijkt dat het CAK slechts over het jaar 2009 de vaststellingsbeschikking kan overleggen. Voor de overige jaren kan zij alleen de facturen overleggen.

De Hoge Raad overweegt dat naast de jaarlijkse beschikkingen ook de facturen kunnen worden aangemerkt als besluiten in de zin van art. 1:3 Awb omdat daarin is vastgesteld dat in een bepaalde periode hulp of zorg op voet van de Awbz/Wmo is genoten, waarbij tevens de hoogte van de verschuldigde eigen bijdrage is vastgesteld. Omdat de cliënt tegen deze facturen niet in bezwaar/beroep is gegaan, ook niet nadat de facturen in procedure zijn gebracht, komt de facturen zogenaamde formele rechtskracht toe. Hierdoor is de cliënt gehouden om tot betaling van de eigen bijdrage over te gaan. Dit sluit aan bij het eerder dit jaar gewezen arrest van de Hoge Raad van 6 februari 2015.

Conclusie: bent u het niet eens met een factuur die u heeft ontvangen van een bestuursorgaan, bijvoorbeeld van uw gemeente of waterschap en welke factuur is gebaseerd op een beschikking die u (nog) niet heeft ontvangen? Maak daartegen dan bezwaar en/of ga in beroep om formele rechtskracht van de factuur te voorkomen. Ondertussen doet u er wel goed aan om de factuur binnen de op de factuur vermelde vervaltermijn te betalen zodat u, wanneer uw bezwaar en/of beroep ongegrond wordt verklaard, niet achterblijft met een verplichting tot betaling van zowel het factuurbedrag als de eventueel daarover gekweekte (wettelijke) rente en incassokosten.

Bronnen:
HR 10 juli 2015, ECLI:NL:HR:2015:1874
HR 6 februari 2015, ECLI:NL:HR:2015:233