BarentsKrans staat jeugdhulpinstelling bij in geschil met gemeenten
25 oktober 2019
Leestijd: 2 minuten

BarentsKrans staat jeugdhulpinstelling bij in geschil met gemeenten

De voorzieningenrechter van de rechtbank Den Haag draagt tien gemeentes in de regio Haaglanden op om de tarieven voor het leveren van jeugdhulp aan te passen. Tim Raats stond de eiser in de procedure (Stichting Jeugdformaat) bij.

De gemeenten organiseerden gezamenlijk een inkoopprocedure om jeugdhulpinstellingen te contracteren voor de periode 2020 – 2024. De gemeenten hanteerden tarieven die niet kostendekkend waren voor het soort jeugdhulp dat Jeugdformaat aanbiedt. Zij besloot daarom een procedure te starten gericht op het aanpassen van de tarieven. Een groot aantal jeugdhulpinstellingen sloot zich aan bij het standpunt van Jeugdformaat.

De voorzieningenrechter is het eens met Jeugdformaat. De rechter concludeert dat de gemeenten onvoldoende hebben laten zien dat ze reële tarieven hebben vastgesteld. De rechter beschrijft in het vonnis dat de gemeenten onvoldoende rekening hebben gehouden met verschillende aspecten van de hulpverlening bij de vaststelling van de tarieven. De gemeenten worden dan ook opgedragen om de tarieven te wijzigen. De rechter doet daarbij een oproep aan alle betrokken partijen om met elkaar in overleg te treden om een oplossing te bereiken.

Achtergrond

Sinds de invoering van de Jeugdwet in 2015 ligt de verantwoordelijkheid voor het aanbieden van jeugdhulp bij de gemeenten. Een stap in de goede richting, want de drempel naar de zorg is hierdoor verlaagd. Er worden dus meer problemen vroegtijdig gesignaleerd en de instroom in jeugdhulp is hierdoor gegroeid. Tegelijkertijd kregen de gemeenten een bezuinigingsopgave mee; er moest 15% bezuinigd worden op het leveren van jeugdhulp. Die opgave is moeilijk te rijmen met de toenemende vraag naar jeugdhulp. Dat leidt landelijk tot problemen in de sector. Recent werd bekend dat bijna een kwart van de jeugdhulpinstellingen verlies lijdt en dat enkele instellingen aan de rand van faillissement staan.

Het vonnis over de regio Haaglanden laat zien dat gemeenten de financiële opgave van de Jeugdwet niet zomaar kunnen afwentelen op jeugdhulpinstellingen. Gemeenten moeten tarieven hanteren die een goede verhouding tussen prijs en kwaliteit van de hulpverlening waarborgen. Daarbij moeten ze laten zien dat ze gedegen onderzoek hebben gedaan naar de kosten van de jeugdhulp die ze inkopen.